Sjoerd en

Scouting

Module veiligheid presentatie

Bij Regio Haarlem heb ik vijf keer de training veiligheid gegeven. Ik geef deze nu niet meer, maar wil wel graag de materialen die ik heb gebruikt beschikbaar stellen aan anderen.

Downloads

Andere artikelen

Uitleg van de slides

Dit zijn de sheets die ik in het verleden gebruikt heb voor de cursus veiligheid. Ik leg bij elke sheet even uit wat ik er bij heb verteld tijdens de training.

Ik vraag iedereen om zich even voor te stellen en een anekdote te vertellen over een veilige of juist onveilige situatie. Doordat iedereen even wat moet vertellen doorbreek je de sfeer dat je als trainer op de spreekstoel staat en wordt het wat interactiever. Daarnaast maak je duidelijk waar de training over gaat, namelijk over scouting veiliger maken.

De training gaat over veiligheid, dus het voorkomen van ongelukken.

Wat is gevaarlijker, een kaasschaaf of een motorzaag?

Dit voorbeeld is om duidelijk te maken dat zowel de kans als het gevolg belangrijk zijn om het risico in te schatten. De meeste mensen zullen de kaasschaaf gevaarlijker vinden. Hoewel de motorzaag ernstiger kan verwonden, is de kans dat je je aan een kaasschaaf verwond veel groter omdat je daar meer mee in aanraking komt.

Het risico (het gevaar van de situatie), wordt bepaald door de kans, (de waarschijnlijkheid dat er iets fout gaat), en het effect (het gevolg, de ernst van het ongeluk).

Om goed risico in te schatten moet je dus ten eerste goed kansen kunnen inschatten. Daarom volgt een oefening. Op de sheet staan vier categorieën van ongelukken en de deelnemers moeten deze in de goede volgorde (binnen de categorie) plaatsen. Ik geef ze meestal briefjes met ongelukken, die ze binnen hun groepje in de goede volgorde kunnen leggen.

De sheet met de goede volgorde. Ik bespreek dan meestal even welke mensen goed hadden ingeschat en welke hun verbaast.

Deze sheet gaat over waarmee mensen naar de spoedeisende hulp komen. Vroeger had ik ook nog een sheet hierachter met waaraan mensen overlijden, maar daar krijg je normaal zo weinig mee te maken en het beïnvloedt de sfeer zodanig negatief dat ik deze heb verwijderd.

De top 3 van ongelukken waarmee je op de eerste hulp komt:

1. Geraakt door bewegend object

2. Eenzijdig fietsongeval

Lichamelijk contact

Wat zijn dan de gevolgen als zulk soort ongelukken gebeuren?

Breuk of kneusing aan hand of enkel.

Hoe kan je kansen reduceren? Even brainstormen. Vooral door te zorgen dat de situatie zich niet kan voordoen, door de situatie te veranderen, door regels te stellen, door instructie te geven, door beschermende kleding te dragen, etc.

Gevolgen reduceren kan bijvoorbeeld met een brandblusser, een EHBO doos, een icepack. Maar ook een goede verzekering is onderdeel van het reduceren van het gevolg. Daarbij is er één verzekering belangrijk die niet verplicht is, de aansprakelijkheidsverzekering (W.A.). Verstandig om te hebben.

Nog enkele aandachtspunten waar je op kan letten om veilige activiteiten te organiseren.

Goed materiaal, en het juiste materiaal voor de activiteit.

Na een brainstorm laat ik meestal ook wat spullen zien, zoals een veiligheidshesje, zonnebrand, drinkflesje, nagelborstel, etc. en dan mogen de deelnemers vertellen waarom dat bijdraagt aan de veiligheid.

Bijvoorbeeld de goede spullen meenemen, of het terrein verkennen, of de regels doorspreken.

Bijvoorbeeld regels afspreken, of uitleggen hoe de activiteit gaat verlopen.

Het kan helpen om iets met z'n tweeën te doen, of een checklist te maken, zodat je niks vergeet.

Ik laat deelnemers de checklist voor gebouwen invullen, voor hun eigen clubhuis of de locatie waar de training plaats vindt.

Nog enkele situaties waarin je over veiligheid kan nadenken.

Ik heb deze slides als fotos afgedrukt en ik laat de deelnemers in groepjes bedenken wat de risico's zijn van de situaties, en ik bespreek ze dan met de groep.

Pionieren: vinger bekneld, vallen of struikelen over een paal, paal op je hoofd, vallen van hoogte.

Voor pionieren en andere onderwerpen biedt Scouting Nederland ook een veiligheidsblad aan, waarin tips omtrent veiligheid staan vermeld.

Zeilen: beknelling, giek tegen je hoofd.

Tent opzetten: struikelen over haringen en scheerlijnen.

Wachtschip: vallen, hoofd stoten.

Materiaalhok: struikelen, beknelling, iets valt op je.

Zwemmen in open water: verbranding, uitdroging, glas op de bodem.

Gasflessen gebruiken: brand.

Koken op open vuur: verbranding, voedselvergiftiging.

Hiken: aanrijding, blaren, vermoeidheid.

Einde

Toets en evaluatie